Eyewitness Jeroen Theunissen

Schrijver Jeroen Theunissen maakte een ‘Lecture For Every One’ mee bij een bedrijf in Oost-Vlaanderen. Naar aanleiding van deze lezing schreef hij volgende tekst vanuit het standpunt van een aanwezige op een vergadering in een bedrijf. De tekst is fictief, en geen enkel personage is gebaseerd op zijn aanwezigheid in het bedrijf.

 

Wij hadden dus die strategische meeting gepland …

Wij hadden dus die strategische meeting gepland met de managers van de verschillende afdelingen, omdat we proactief op zoek moesten naar nieuwe performantie. We hadden de tools en de skills en nu kwam het erop aan in een sfeer van positivisme de marktconforme opportuniteiten te grijpen en nieuwe output te realiseren. We moesten innovatiever worden en resultaatgerichter denken teneinde de groei te boosten.
Ieder van ons, behalve uiteraard Marleen, onze Human Resources Manager (die alleen met zichzelf bezig is), was het er al lang over eens dat alleen visie, leadership en out-of-the-box-denken ons bedrijf in de hedendaagse kenniseconomie terug op de rails konden zetten.
Na de leerrijke SWOT-analyse op het Expert Seminar van vorige week, ons toen gebracht door Erik van Change Now Coaching, verwachtten wij ons dus aan een interessante follow-up.
Zo zaten wij rond de tafel toen een dynamische dame, op het eerste gezicht eveneens van Change Now Coaching, de vergaderruimte betrad. Haar naam vertelde ze niet, wat ik enigszins vreemd vond, maar geen van mijn collega’s – allen multitaskend – leek zich hieraan te storen. ‘Hallo,’ zei ze, ‘ik ben blij hier te zijn, ik breng jullie een Lecture For Every One.’
Fijn, dacht ik, die methode ken ik nog niet.
Vervolgens begon ze echter niet over transitiemanagement, change awareness, flexibilisering of kostenefficiënte synergieën, maar over leven alleen, met anderen, min of meer toegetakeld, min of meer gekwetst.
Wel heb je ooit, dacht ik.
Ik keek naar Jacques, onze CEO, een team player maar met een apart gevoel voor humor, en zag dat hij zat te gniffelen alsof hij net een snoepwinkel had leeggeroofd.
Intussen vroeg de dame, die ik al wat minder dynamisch vond, of we dachten dat we meer of minder geld hadden dan zij, of we meer of minder wisten dan zij, of we sterker waren dan zij? Goh, dacht ik, wat doet het ertoe? Als we maar sterker zijn dan onze concurrentie en als ons businessmodel maar overleeft. Ik merkte dat de collega’s haar aanstaarden als was ze een exotisch dier. Alleen Marleen van Human Resources zat ostentatief haar mails te lezen. ‘Ik wil met jullie,’ zei dat exotische dier, ‘een aantal gedachten delen.’
Goed, fijn, maar hoelang zou dit duren? Er was veel werk. ‘Wij zijn mensen,’ zei ze, ‘maar wie zijn we?’ En ze voegde eraan toe dat we gedoemd zijn om met elkaar te leven. Ik keek opzij naar mijn collega’s, Marleen zat nog altijd haar mails te checken, maar naast haar was Frank van Research & Development ineens hard en enthousiast aan het knikken.
We moesten toen van die dame – geen idee waar Jacques haar gehaald had – denken aan een catastrofe die ons zou kunnen overkomen. Ja, dat was niet moeilijk met de bedrijfsresultaten van vorig jaar. Ze voegde toe dat we geen catastrofe nodig hebben, dat we die catastrofe zelf al zijn. Hmmm. Ik werd er stil van. Frank van R&D zat steeds harder te knikken.
De dame sprak zacht, bijna verlegen, in andere omstandigheden had ik haar onprofessioneel en onvoldoende assertief gevonden. Ze zei dat wij van wat zij vertelde de betekenis zelf moesten creëren. Goed hoor, mij best, maar welke return on investment zou het ons opleveren? En desondanks merkte ik dat ik steeds aandachtiger luisterde. Jacques gniffelde niet meer, maar leek haar woorden op te zuigen, zag ik. Alleen Marleen was gaan staan en stond in de gang te telefoneren. ‘We moeten zorg dragen,’ zei die dame, ‘omdat wie zorg draagt aandacht creëert.’ Ik vond wel dat het klopte. Konden we iets met die gedachte? En deed het ertoe of we er iets mee konden? Ze had het over vrijheid, en over liefde natuurlijk, en over macht.
En ze zweeg erg lang.
Toen, voor ik het besefte, was de lezing voorbij. Ze dankte ons, en vertrok zomaar. Marleen stopte in de gang met bellen en Frank zei: ‘Dat was prachtig.’ Maar niemand antwoordde. We bleven stil. Jacques sprak als eerste. Hij zei: ‘Terzake nu, laten we het even hebben over de macro-doelmatigheden in ons nieuwe jaaractieplan.’